BORIGINAL DOWN UNDER

De hilarische avonturen van Ingeborg Down Under

tiki comes into the world
Lilypie Baby Ticker

vrijdag, maart 26, 2004

BEYE BEYE BALI

Op woensdag 17 maart ontving ik het bericht van mijn broer dat mijn tante Nel was overleden. Dit nieuws kwam hard aan. Ik was geschokt en verdrietig.
Ik kon echter nog geen contact opnemen met mijn vader vanwege het tijdverschil. Mijn eerste gedachte was; terug naar Nederland. Deze heftige gebeurtenis overschaduwde mijn laatste dagen op Bali.

Ik had die dag wel afgesproken met Carl Pielaat, op Bali bekend als Carl Boudy. Ik zou bij hem thuis op bezoek gaan. Ik had tijdens onze twee-daagse reis naar het Noorden mezelf een beetje uitgenodigd, nadat Carl enthousiast had verteld over zijn huis, tuin en uitzicht. Ik was dus vreselijk nieuwsgierig en ik was van harte welkom. Carl kwam me zelfs ophalen bij Jambu Inn.
Toen ik hem vertelde dat mijn tante was overleden, gaf hij mij tips over wat ik het beste kon doen en als het niet mocht lukken allemaal, kon ik contact met hem opnemen en zou hij me verder helpen. Echt ontzettend lief.
Carl woont in Denpasar, wat heel dichtbij Sanur ligt, aan de rand van de stad, vrij dichtbij de ambassadegebouwen, die hij me aanwees.
We stopten bij een klein afhaalrestaurantje, waar we gingen lunchen.
Carl voedde zowel mijn maag als nieuwsgierigheid, want hij liet me allerlei dingen proberen die ik niet kende, zoals kroepoek gemaakt van koeienhuid. Het klinkt niet aantrekkelijk, maar het was erg lekker. Eigenlijk was alles heel erg lekker.
Na de lunch reden we naar Carls huis, wat in een redelijk nieuwe buitenwijk leek te liggen. De weg naar zijn huis was nog niet helemaal geasfalteerd, maar daar werd aan gewerkt. Carl woont in een vrijstaand huis, erg mooi, midden tussen de rijstvelden, met uitzicht op de stad, een grote tuin rondom het huis.
Hij woont er samen met zijn vrouw, zijn dochter, schoonzoon en kleinkinderen.
Twee kleine apen (kleinzoons) hadden zich achter een bank verstopt en zaten te grinniken toen wij de hal binnenkwamen. Ik maakte kennis met de vrouw van Carl, een beeldschone Chinese dame, heel hartelijk en heel warm.
Carl gaf me ook een uitgebreide rondleiding. De indeling van het huis was heel anders dan wij gewend zijn en ik vond het heel sfeervol, gezellig en ook erg mooi. In het midden van het huis is een vierkante balustrade en kun je dus naar boven en beneden kijken. Rondom de balustrade zijn zithoeken, de huiskamer en dit is ongeveer ook vierkant. Aan de buitenzijden zijn de kamers; slaapkamers, studeerkamers, etcetera. Carls dochter en zijn schoonzoon wonen op de benedenverdieping en Carl en zijn vrouw wonen op de eerste verdieping, maar eigenlijk wonen ze dus met zijn allen in een erg groot en gezellig huis.
Ik kreeg cola en zelfgemaakte cake met Hollandse kaas erover heen gesmolten. Het smaakte erg goed en Carl vertelde enthousiast over een paar dingen die hij had meegemaakt. Nadat hij als jongeman een succesvol antiquair was geweest is hij later in de reiswereld gaan werken als gids en organisator. Hij kent heel Indonesië als zijn broekzak en ik had zelf al ontdekt dat hij erg veel weet; een wijs man dus en ook nog een hoop humor. Hoewel hij zijn werk wel zeer serieus neemt. Zo is hij nu nog de contactpersoon voor de ANWB in Indonesië. Dit betekent vanalles; dat hij belangrijke personen ontvangt en rondleid, dat hij Nederlanders helpt die ziek zijn geworden etcetera. Trots liet hij me foto's zien van hem zelf samen met prins Bernhard en ook van de reisgezelschappen uit Nederland die in Indonesië overwinteren. Vaak zijn dit gepensioneerde mensen.
Hij liet me een brief lezen waarin in hoge mate waardering over hem werd uitgesproken nadat hij een hele conferentie had georganiseerd voor opticiens in Indonesië. Hij vertelde over de uitdagingen en ook het plezier wanneer het allemaal nog beter lukte dan hij gehoopt had.
Carl is een bescheiden man overigens en daarnaast erg creatief. Ik wist al dat hij belangrijke dingen deed van Maureen, maar het was nog veel indrukwekkender dan wat ik me had voorgesteld.
Hij liet me de meubels zien die hij zelf maakt en ook de lampekappen van natuursteen. Erg mooi als het licht aan is. Hij maakt ook lampekappen van andere materialen. Carl is gewoon een hedendaagse Michelangelo, zo iemand die van vele markten thuis is en er ook nog goed in is ook, maar er vooral plezier aan beleefd. Carl vertelde dat eer voor hem het allerbelangrijkste was. Tuurlijk wilde hij graag een goed salaris om lekker te leven, maar het moest wel op een eerlijke manier met betrouwbare mensen, anders zei hij gewoon nee.
En hij heeft in zijn leven al heel wat topfunctionarissen en rijken der aarde mogen ontmoeten. Ik voel me des te meer vereerd dat ik zo'n geweldige ontvangst op het vliegveld heb gehad toen ik op Bali aankwam.
Er was niet genoeg tijd voor meer details, jammer, want Carl is niet iemand die snel verlegen zit om gespreksstof. Een boeiende man en heel gastvrij bovendien.

Op de terugweg naar Sanur liet hij me nog het kantoor zien van een groothandel in bouwmaterialen wat inmiddels door zijn dochter geleid wordt en bovenin zat het bouwbedrijf van zijn schoonzoon, wat echt grote projecten in de portefeuille had. Onder meer een nieuwe vleugel op Denpasar Airport. Ik was dus al erg onder de indruk, het werd erger.
Als ik weer naar Bali zou komen moest ik maar een tripje maken vanaf Java naar Bali. Ik hoop dat ik de gelegenheid krijg om dat te doen, lijkt me geweldig.

Tegen 16:00 was ik weer terug bij Jambu Inn en kon ik naar Nederland bellen.
Ik liep naar het internetcafé waar je ook kon bellen, maar Yasmin zei dat ik beter naar de andere Wartell kon gaan, die was goedkoper, fluisterde ze. Echt heel lief.
Een Wartell is een zaakje met veel telefoonhokjes, waar je kunt telefoneren. Veel Balinezen hebben zelf geen telefoon en maken hier veel gebruik van. Bellen naar Nederland bleek erg duur, bijna een euro per minuut, maar goed, dat was op dat moment totaal niet belangrijk.

Ik heb mijn vader gesproken en daarna de verzekering gebeld. Ik kwam uit bij de ANWB, die me netjes terug belden. De verbinding was erg krakerig, maar het kwam er op neer dat een tante een derde-graads familielid is en terugkeer naar Nederland zou in deze situatie niet gedekt worden.
Ik was er al een beetje bang voor en ik had geen geld om zelf de reis te betalen.
Ik weet zeker dat tante Nel niet had gewild dat ik me in de schulden zou moeten steken en wel dat ik mijn reis zou voortzetten. Maar met dit soort verdrietige dingen ben je het liefste samen met je familie. Dat was dus niet mogelijk. Ik heb mijn vader nogmaals gebeld om hem op de hoogte te stellen.

Ik heb het die avond rustig aan gedaan en gewoon in Jambu Inn gegeten en ben vroeg gaan slapen.

Donderdag was mijn laatste dag. Die begon niet jofel, want ik voelde me niet zo best; diarree.
Zeg maar gerust spuitpoep. Ik heb de halve ochtend op de WC gezeten. Steeds als ik dacht dat het onmogelijk was dat er nog meer uit zou komen, kon ik weer gaan zitten. Ida adviseerde me een bepaald medicijn tegen diarree te halen en dat deed ik bij een winkel die beheerd werd door een Chinees.
Hij adverteerde met Friet van Piet en bleek geweldig Nederlands te spreken.
Hij bood me een kopje verse gemberthee aan en kwam gezellig bij me zitten en we praten over Nederland en Bali. Uiteraard was het een knap staaltje van klantenbinding, maar ik vond het toch wel prettig, de aanspraak, terwijl ik me geestelijk en lichamelijk niet uitmuntend voelde.

Na dit gesprekje ben ik met mijn anti-diarree middeltje weer naar Jambu Inn gegaan. Het heeft erg goed geholpen. Iets te goed zelfs: het heeft vier dagen geduurd voordat ik weer kon poepen ! Tja, van het ene uiterste in het andere.

Ik voelde me in ieder geval erg zwakjes en heb mijn laatste energie bij elkaar gescharreld om mijn spullen te pakken. Toen had ik nog een klein beetje tijd over en besloot nog even mijn e-mail te checken voor de taxi naar het vliegveld klaar stond.

Toen ik bij Putra was, het internetcafé, kwam er ineens een hele stoet Balinesen langs in klederdracht en voorzien van allerlei offers en ook muziek instrumenten. Het was echt een optocht. Er zou die dag een strandceremonie zijn. Dit heeft iets te maken met de Balinese kerst, die op 21 maart zou plaatsvinden. Met Balinese kerst mag niemand zijn huis uit of meer zijn erf af (ook toeristen niet) is er geen stroom of gelimiteerd en de bedoeling is om in het reine te komen met jezelf en het geloof. Mogelijk heb ik dit niet helemaal goed, maar in ieder geval proberen toeristen deze dag te vermijden als ze hier vanaf weten.
In de dagen ervoor zijn er diverse ceremonies en de verhalen over wat het betekende, verschilden nogal. In ieder geval was het een strand-ceremonie met als doel; purificatie met God en de zee, volgens het hindoe-geloof dan.
Diversen mensen vertelden me dat dit weer iets had te maken met het Balinese Oud en Nieuw en dat dit Oudjaar voorstelde.
Ik verliet het internetcafé en ging naar het strand om de ceremonie te bekijken.
Duizenden Balinesen waren op het strand te vinden en om de paar honderd meter was een altaar voor offers, mooi versierd met beelden, lange maanvormige gekleurde vlaggen, offertjes in mandjes van bladeren met rijst, bloemen en fruit. De vrouwen waren prachtig gekleed in glanzende sarongs en fijne kanten bloesjes en de meeste mannen waren geheel in het wit gekleed.

Het was een heel indrukwekkend gezicht, al deze gelovige mensen op het strand met een gezamenlijk doel. Er straalde heel veel kracht en harmonie van uit. Ik vond het jammer dat ik verder niet veel wist over de betekenis en de achtergrond van deze massale strandceremonie en voelde me een beetje een indringer met mijn camera, ook al hield ik netjes afstand en lachten ze vriendelijk naar me.
Ik kon me er in ieder geval niet van los maken, maar de tijd begon te dringen en mijn tijd op Bali zat er bijna op.
Ik ging terug maar Jambu Inn en zei de mensen die ik had leren kennen gedag. Ik ging uiteraard ook nog even naar Floor en June (zij zat in bad) en toen was de taxi er. Rond half zes lokale tijd.
De chauffeur bracht me keurig naar Denpasar Airport en met gemengde gevoelens checkte ik in. Ik was niet vrolijk door de familie-omstandigheden en ik was niet vrolijk omdat ik Bali fantastisch vond en er moeite mee had er al afscheid van te moeten nemen. Eens te meer omdat ik nog lang niet alles had gezien en gedaan wat ik had willen doen.

In mijn eentje zwierf ik wat melancholiek rond over Denpasar Airport, deed mijn ansichtkaarten op de post, rookte nog een sigaretje in een glazen kooi (verder mocht er dan ook nergens gerookt worden) en toen was het zover; Mijn vlucht vertrok om half negen en we werden opgeroepen om te boarden. Ik doofde mijn laatste sigaret en stapte in het vliegtuig.... Beye Beye Bali !
Als het aan mij ligt kom ik hier zeker terug ! Geweldig ! Ik had het niet willen missen.