BORIGINAL DOWN UNDER

De hilarische avonturen van Ingeborg Down Under

tiki comes into the world
Lilypie Baby Ticker

donderdag, september 02, 2004

Fremantle en Hollands Glorie Down Under



Op dinsdag 8 juni had Steve weer een vrije dag en hij stelde voor om naar Fremantle te gaan; door de lokale bevolking ook wel Freo genaamd. Het is een pittoresk kustplaatsje zo’n 20 kilometer van Perth vandaan. Ik was er al eerder geweest, maar heel kort. Ik heb toen Fish & Chips gegeten met Steve.
Veel gebouwen stammen uit de 19e eeuw en het ziet er erg knus uit en schitterende stranden. Vanaf het strand kijk je uit op Rottnest eiland. Dit eiland is door Nederlanders ontdekt in 1696. Ze dachten er grote ratten te zien en noemden het eiland daarom “Rattenest” later verbasterd naar Rottnest. Deze grote ratten bleken helemaal geen ratten te zijn, maar quokka’s, een kleine soort wallaby; een buideldier dus. Hier een fotootje van hoe zo'n beestje er uit ziet:



Ik was van plan om Rottnest Eiland ook te gaan bezoeken, maar door het slechte weer en het feit dat ik geen zin had om er alleen heen te gaan, is het er helaas niet van gekomen, dus ik zal nog een keer terug moeten gaan.
Maar goed, Fremantle: Steve en ik wandelden door de straatjes en loerden in de verschillende winkels en boetiekjes. We gingen lunchen op een terrasje en daar stond een straatzanger met gitaar te zingen en te spelen. Ik was in een baldadige bui en besloot naar de straatzanger toe te lopen en te vragen of hij ook Country Roads kon spelen, want ik kon de tweede stem. “No Problems” (geen probleem), dus daar stond ik midden in Freo met een wildvreemde straatzanger; zijn naam was Mike, Country Roads te zingen. Mijn publiek bestond uit Steve, een paar toeristen en de duiven die Steve’s pizza jatten terwijl hij een foto van mij maakte. Helaas niet honderd procent zuiver gezongen, maar het was wel erg leuk en voor old times sake; voor Lydi, met wie ik dat zo vaak gezongen heb in Den Bosch ook tijdens Maritiem. En voor Cindy. Ik zat het in de kroeg in Duitsland waar we werkten altijd mee te zingen. Op Cindy’s laatste avond daar was er een reservistenbal en Cindy had geregeld dat ik bij de band op het podium moest om Country Roads te zingen voor ruim 200 man. Gelukkig was ik toen zo dronken dat ik vergat verlegen te worden, maar na het lied dacht ik dat het tijd was om snel weg te bukken voor de rotte tomaten, maar het viel mee; ik kreeg applaus.
Mike bedankte me, die vond het wel lollig om met een Nederlandse toerist te zingen en Steve en ik gingen weer verder, lekker ronstruinen en shoppen. Zo vonden we een hele oude kapsalon met antieke kappersstoelen en overal spiegels. Dat was echt gaaf om te zien. Daar heb ik uiteraard foto’s van gemaakt.

Ik had gelezen in mijn reisgids dat er een Maritiem museum moest zijn in Freo, dus ik stelde voor om daar een kijkje te gaan nemen en Steve leek het ook wel leuk. Nu blijken er twee te zijn; een oude en een nieuwe, maar ik wilde naar de oude. Onderweg naar het museum begon het plotseling te stortregenen. Gelukkig was het niet al te koud, maar echt; het kwam met bakken uit de hemel. Lekker oud en vertouwd Hollands weertje. Steve en ik schuilden nog even in een Aboriginal Art Gallery, waar ze allerlei handgemaakte voorwerpen hadden, gemaakt en beschilderd door Aboriginals. Voor diegene die het niet weten; de Aboriginals schilderen voornamelijk in poinillisme; gekleurde stipjes dus. Dat was een leuk schuiladres, maar aangezien het niet stopte met regenen, besloten we ons toch maar bloot te stellen aan de grilligheid van de natuur en renden onder de luifels door naar het museum en kwamen daar net niet helemaal doorweekt aan.
Het Maritiem museum was niet zo groot en gesitueerd in een mooi oud pand vlakbij de kust. Er stond een groot kanon buiten voor de ingang. En wat strookt mijn verbazing; het meeste ging over de Nederlandse scheepvaardij. Zo was er een miniatuur replica van het VOC schip De Duyfken, wat het VOC schip was van ene Willem Janszoon die in 1606 voor het eerst de kustlijn van Australie ontdekte, echter de eerste blanke en tevens Nederlander die voor zover bekend ooit voet aan wal zette in Australie in 1616 was Dirk Hartog, die ook voor de VOC voer.

De Duyfken

Dirk Hartog maakte een tinnen bord waarop hij verklaarde dat hij dit “nieuwe” land Nieuw Holland noemde. Hij spijkerde dit bord op een paal vast. Meer is hier schijnbaar niet over bekend. De plaats waar hij het bord had achtergelaten heet nu “Dirk Hartog Island’ in Shark Bay aan de westkust van Australie. Dit bord werd over het hoofd gezien uiteraard, dus aanvankelijk kreeg Dirk Hartog niet de bekendheid als de eerste blanke die in Australie voet aan wal zette. De suppoost vertelde me dat het tinnen bord na de tweede wereld oorlog ergens in Frankrijk opdook en de Fransen hebben het aan Australie terug gegeven en jawel; het origineel bevond zich in het Maritiem museum in Fremantle. Ik heb het dus gezien. Omdat ik Nederlands ben vroeg de suppoost of ik het kon ontcijferen. Het was behoorlijk verweerd en in Oud Nederlands, dus het viel niet mee, maar ik heb er uiteraard een foto van gemaakt, dus ik kan altijd nog gaan puzzelen als ik me een keer verveel. Vervelen heb ik echter niet heel vaak last van, maar toch.

Steve vond het allemaal ook erg interessant omdat hij met een Nederlandse getrouwd is.
Er was ook een gigantisch wrakstuk van de Batavia. Dat nam bijna beetje het halve museum in beslag en ik was erg onder de indruk. De Batavia heeft voor de kust van Western Australia schipbruik geleden na muiterij ter hoogte van het huidige Geraldton. Hier alvast een foto van een deel van dit wrakstuk in het Maritiem museum van Fremantle:



Het grappige is dat ik de herbouw van de Batavia heb gezien in Lelystad, helaas nog niet nadat het helemaal voltooid was, maar ook dat ben ik van plan nog te gaan bekijken. Wat ik niet verwacht had was dat ik hier zoveel van de Nederlandse geschiedenis zou terugvinden. In het museum hingen ook veel VOC vlaggen. Ik denk dat mijn vader en mijn broer Peter dit ook heel interessant zouden vinden, maar jullie zullen het voorlopig met de foto’s moeten doen. Natuurlijk is er veel meer historie van de Nederlanders en Australie dan het kleine beetje wat ik zojuist verteld heb. Ik denk dat je er boeken over kunt schrijven (heeft vast ook wel iemand gedaan), want het krioelt hier ook van de Nederlanders, of kinderen en kleinkinderen van Nederlanders, die de taal al niet meer spreken. Ik blijf ze overal tegen komen.
Er gaat zelfs een verhaal over een Nederlander met rood haar die in Australie gestrand was eeuwen geleden en in een Aboriginal gemeenschap ging wonen en daar ook kinderen verwekte. De kinderen kregen ook rood haar. Chocoladebruine kinderen met peentjeshaar, kun je je het je voorstellen ?

Maar goed, na het museum, wat dus erg leuk was, gingen Steve en ik nog een warme wafel met ijs eten, njam, njam en toen weer terug naar Perth.

We hadden ‘s avonds afgesproken om bij Ton en Lia te gaan eten. Ze hadden Nasi gemaakt en het was natuurlijk weer heel erg gezellig.

De volgende dag hadden we een “home open” (open huis). Zoals ik al eerder vertelde proberen Cindy en Steve hun huis te verkopen en regelmatig komt dan de makelaar met een aantal mensen om het huis te laten zien. Steve en ik maakten steeds het huis van te voren schoon en netjes. Niet dat het echt vuil werd, maar toch. Meestal moesten we zelf zorgen dat we er niet waren, dus dan gingen we met Dusty wandelen of ergens koffie drinken. Die eerste home opens waren wel oke, maar toen het huis steeds net niet verkocht werd begon Steve het minder leuk te vinden. Mij maakte het niet zo heel veel uit, maar toch. Ik hoopte natuurlijk voor Steve en Cindy dat ze het huis snel konden verkopen.

Die woensdag avond hebben we lekker Film gekeken, Chineesje gehaald en het haardvuur opgestookt.. Nu hebben ze hier ook Fried Icecream (gefrituurd ijs). Ik had daar nog nooit van gehoord en kon me er geen voorstelling van maken; dat ijs moet dan toch smelten ? Steve bestelde het voor me en het ziet er uit als een reuze nasibal, maar dan met ijs er in. Een beetje vreemd, maar wel lekker en het ijs is niet gesmolten. Verder is het Chinese eten heel anders dan in Nederland. Geen Bami of Nasi, maar wel Noodles en Fried Rice. De sate smaakt hier heel anders, maar is ook lekker. Het is moeilijk uit te leggen; gewoon heel anders.

Nog meer avonturen in Perth volgen, ook al ben ik op dit moment in Port Hedland. Het werken hier bevalt me goed en het strand is schitterend hier, maar alles wat ik nu mee maak, komt later in mijn blog. Ja ja, geduld is een schone zaak. Tot gauw weer !